Beste lezer, het nummer van Uitwiskeling dat je nu in de hand hebt of op het computerscherm leest, is het eerste nummer van jaargang 40. De oprichters van Uitwiskeling die nu nog in de redactie zetelen, Michel, Hilde, Johan en Gerd, staan er zelf een beetje versteld van. In de begindagen typten ze nog op een typemachine, knipten ze figuren uit met een schaar en lijmden die met een kleefstick in een papieren ‘manuscript’. De jongste redactieleden, Alexander, Mathias en Dennis, luisteren naar de verhalen van de stichters met een blik alsof ze uit een ander millennium stammen.

Het nummer 1 van jaargang 1 verscheen inderdaad in een vorig millennium, begin oktober 1984. Sindsdien zijn er op redactievergaderingen al heel wat medewerkers gepasseerd, die  zich vaak jarenlang stevig hebben ingezet voor ons gemeenschappelijk doel, het uitwisselen van wiskundige inspiratie. Regi en Pedro hebben hun schrijftalent na hun Uitwiskeling-periode ter beschikking gesteld van handboekenreeksen. Guy heeft zijn actieradius uitgebreid naar keramieksculpturen, af en toe zelfs met een wiskundige inslag. Jan en Greet hebben een directeursambt in een secundaire school aanvaard. En cartoonist Abdon geniet al een tiental jaren van een verdiend pensioen …

Gedurende de eerste jaargangen was Uitwiskeling een klein nummer, zowel in oplage als in printformaat. Het tijdschrift werd gedrukt op A5-formaat, half zo groot dus als het huidige A4-formaat. De eerste Onder de loep ging over het aanbrengen van de kettingregel voor de afgeleide van samengestelde functies. Deze loep was slechts 9 kleine velletjes lang. Het voornemen om korte loeps te schrijven hebben we echter niet lang kunnen volhouden.

Er waren in de beginjaren nog  andere frappante onderwerpen die de loep passeerden. Eentje ervan was Een rekenmachientje te pas en te onpas (zie UW2/2). Hierin ging het over een confrontatie met ‘dramatische’ fouten en over de voortplanting van fouten. De loep eindigde met het aanwenden van de beperktheid van de rekenmachine om de wiskunde te motiveren. Deze techniek zou in latere jaargangen nog enkele keren terugkomen: bij de invoering van de grafische zakrekenmachine en bij de voorstelling van de CAS-machines waarvan we in de loep over de GRexit afscheid namen (zie UW 38/1). Een andere merkwaardige loep ging over Lineair programmeren met een aanloop in het derde jaar. Dit onderwerp hebben we in een recente loep nog eens van stal gehaald (zie UW 37/4) …. maar dan voor de derde graad.

In het Spinnenweb (toen nog in oude spelling: Spinneweb) werden er problemen uitgeklaard die in deze tijd een beetje vreemd lijken, bijvoorbeeld: Hoe kunnen we de som- en verschilformules van sinus en cosinus afleiden zonder gebruik te maken van het scalair product van vectoren? (zie UW 2/1). Of: De axiomatische opbouw van de affiene en projectieve meetkunde via de stelling van Desargues (zie UW 7/2). Of: Waarom is de +c bij een primitieve functie slechts een halve waarheid? (zie UW 7/2). In deze laatste bijdrage werd er nagedacht over het vervangen van de constante functie door een trapfunctie. En dat werkt bij functies waarvan het beeld bestaat uit de unie van verschillende disjuncte intervallen.

De cover van het tijdschrift is in de loop van de jaren vaak veranderd. De eerste jaargangen werden gecoverd door Pythagoras die een ezel over een ezelsbrugje probeert te trekken .

Figuur 1 De voorpagina met het ezelsbrugje

 

Enkele jaren later creëerde Abdon het stripfiguurtje Alfa dat samen met zijn huisslang Sigma en zijn huisschildpadden een eigen touch aan het tijdschrift zou geven. Deze stripfiguurtjes waren rond de eeuwwisseling ook populair in cursussen van verschillende van onze collega’s.  De onderstaande figuur toont de voorpagina uit die Abdon-periode. De blauwe steunkleur was de eerste frivoliteit die we ons veroorloofden.

Figuur 2 De voorpagina met Alfa en Sigma

 

Als eerbetoon aan alle voormalige medewerkers en inzenders en oplossers van didactische problemen, nemen we in elk nummer van de veertigste jaargang één oude bijdrage op, telkens met een woordje uitleg. We beginnen hier met een bijdrage uit het eerste decennium en schuiven nadien verder op in de tijd.

Luc Van den Broeck, namens de redactie

 

Share this article

Even kennismaken? Ik ben Luc Van den Broeck. Al ruim 30 jaar geef ik wiskundeles, aanvankelijk in TSO, nu in ASO. Momenteel werk ik in EDUGO campus De Toren in Oostakker. Tussendoor stel ik vragen op voor de Vlaamse Wiskunde Olympiade en zetel ik in de jury. Speciale zorg wil ik besteden aan de wiskundige overgang van secundair naar hoger onderwijs. Daarom werkte ik ook mee aan de reeks SOHO#WiskundePlantyn.

Post a comment